Rauwe hammen zijn van oorsprong ontstaan vanuit de behoefte om vlees na het slachten langer te kunnen bewaren, want er waren vroeger nog geen koelkasten en dus moest het vlees wel geconserveerd worden. In grote lijnen gebeurde dat door het vlees te zouten of in de pekel te leggen. Eventueel werd tijdens of na het zouten een kruidenboeket toegevoegd. De laatste belangrijke smaakmaker is echter de rijping, al of niet in de buitenlucht.
Circa 100 gram.